Aanbieding

Onder de titel “Vasthouden aan verantwoorde groei”  bieden wij u de Kadernota 2026-2029 aan. Deze nota vormt het kader en geeft de uitgangspunten voor de Programmabegroting 2026 inclusief een doorkijk naar de daaropvolgende jaren. Het betreft de laatste Kadernota in deze bestuursperiode, waarin wij zijn gestart met de kernwaarden “ondernemend, betrouwbaar en zorgzaam”.

 

  • Ondernemend, in het ondersteunen van een bloeiende en groeiende gemeente Barneveld, met investeringen in wijken en dorpen, het landelijk gebied en economische werkterreinen.
  • Betrouwbaar, in het tijdig, transparant en nabij communiceren en samenwerken met onze inwoners en partners.
  • Zorgzaam, in het recht doen aan kwetsbaren, het versterken van gemeenschapszin en bestaanszekerheid.


Deze waarden gelden voor het kompas waarop wij varen. De uitdaging voor de gemeente Barneveld is groot. Naast de druk op de overheidsfinanciën, zien wij een voortdurende groei van de gemeente en een verder toegenomen complexiteit van de maatschappelijke opgaven. In de Kadernota 2025-2028 introduceerden wij daarom, naast het versterken van onze financiële basis, de koers ‘verantwoord groeien’. Die koers zetten wij in deze Kadernota onverkort voort.

 

Leeswijzer:

  • In de ‘Aanbieding’ bespreken wij in hoofdlijnen de onderdelen van de Kadernota en onze overwegingen daarbij. We eindigen met het aan u voorleggen van een aantal keuzes;
  • De meer gedetailleerde uitwerking, onderbouwing en de te nemen beslispunten volgen in de twee hoofdstukken na de ‘Aanbieding’;
  • Bij het onderdeel ‘Programma’s’ komen de beleidsprioriteiten aan de orde en is er per begrotingsprogramma een toelichting op de beleidstoevoegingen.
  • De bijlagen, tenslotte, complementeren deze Kadernota.

 

1. Vasthouden aan verantwoorde groei
 

De groei van de gemeente Barneveld is structureel en manifesteert zich zowel economisch als demografisch. Deze ontwikkeling biedt kansen, maar vereist tegelijkertijd ook doelgerichte keuzes. Daarom investeren wij nu in voorzieningen, die onze gemeente toekomstbestendig maken.

 

1.1. Groei en de toegenomen complexiteit van de maatschappelijke opgaven
 

Door in te spelen op de behoeften van inwoners, organisaties en ondernemers, kan de gemeente Barneveld niet alleen haar sterke positie behouden, maar zich ook verder versterken. Groei draagt daar zeer aan bij en omarmen wij in dat opzicht ook. Wij zien het als een kans, waarbij groei altijd ten dienste staat van de samenleving – niet andersom. Geen doel op zichzelf dus, maar iets dat bijdraagt aan de ontwikkeling van onze gemeente. Dat gaat verder dan alleen het bouwen van huizen, maar betekent ook bouwen aan gemeenschappen waar mensen graag wonen, werken en leven. Gemeenschappen die zich evenwichtig kunnen ontwikkelen in de cadans van die groei.
Daarbij zien we dat de grote maatschappelijke opgaven steeds complexer worden. Onder meer door de sterke onderlinge verwevenheid en de sterke verwevenheid met de nationale opgaven. Of het nu gaat over de inrichting van de fysieke leefomgeving dan wel in het sociaal domein. Juist dan is - naast het investeren - ook het geven van gerichte beleidsimpulsen essentieel om die complexe opgaven ten behoeve van de gemeenschappen effectief aan te kunnen pakken.


1.2. Vanuit de samenleving bezien
 

We zijn gewend om veel vanuit ons eigen bestuurlijk perspectief te benaderen. Maar wat als we ons verplaatsen in de perspectieven vanuit onze inwoners, verenigingen - andere maatschappelijke organisaties en ondernemers? Wat zien we dan? Zonder daarin volledig te kunnen zijn, een eerste aanzet daartoe:
 

1.2.1. Perspectieven vanuit inwoners
Voor de inwoners van de gemeente Barneveld betekent groei meer dan alleen bevolkingsaantallen. Het gaat om kwaliteit van leven. Zij hebben behoefte aan goed ingerichte woonwijken, veilige mobiliteit, en toegankelijke openbare voorzieningen zoals scholen, gezondheidszorg en recreatie.

  • Woonvoorzieningen: de groeiende bevolking vraagt om betaalbare en duurzame woningen. Bestuurlijke keuzes moeten zich richten op het versnellen van woningbouwprojecten door onder andere inzet van extra capaciteit, waarbij naast duurzaamheid en behoud van het lokale karakter ook de uitvoering van snel te realiseren flexconcepten prioriteit krijgen.
  • Onderwijs: met een jongere bevolking is het cruciaal om scholen te moderniseren en uit te breiden, zodat kinderen en jongeren toegang hebben tot kwalitatief hoogstaand onderwijs dicht bij huis. Gemeentelijke planning dient hierbij rekening te houden met toekomstige demografische ontwikkelingen.
  • Groene en recreatieve ruimtes: inwoners hechten waarde aan natuur en ontspanningsmogelijkheden. Het behoud en de uitbreiding van parken, fietspaden en speelvoorzieningen vereisen een duidelijke visie en langetermijnplanning om de kwaliteit van leven te waarborgen.
     

1.2.2. Perspectieven vanuit verenigingen en maatschappelijke organisaties
Lokale organisaties, waaronder maatschappelijke instellingen en verenigingen, spelen een sleutelrol in de sociale infrastructuur van gemeente Barneveld. Deze organisaties hebben behoefte aan faciliteiten die samenwerking en innovatie stimuleren.

  • Culturele en maatschappelijke centra: door te investeren in multifunctionele gebouwen kunnen verenigingen, stichtingen en andere initiatieven beter functioneren en samenwerken. Bestuurlijke keuzes moeten hier gericht zijn op toegankelijkheid en optimale benutting van middelen.

 

1.2.3. Perspectieven vanuit ondernemers
De gemeente Barneveld heeft een bloeiende ondernemersgemeenschap, van familiebedrijven tot innovatieve start-ups. Deze groep vormt een drijvende kracht achter de lokale economie en werkgelegenheid. Om ondernemerschap te ondersteunen, is het van belang om te investeren in:

  • Bedrijventerreinen: goed bereikbare en duurzaam ingerichte bedrijventerreinen zijn cruciaal voor de groei en vestiging van bedrijven. Gemeentelijke keuzes moeten prioriteit geven aan het optimaliseren van infrastructuur en milieuvriendelijke initiatieven.
  • Infrastructuur: wegennetwerken, openbaar vervoer en internetverbindingen moeten worden verbeterd om bedrijven beter met elkaar en met klanten te verbinden. Bestuurlijke beslissingen dienen hier gericht te zijn op het voorkomen van toekomstige knelpunten.
  • Innovatie-hubs: door ruimtes te creëren waar ondernemers kunnen experimenteren en samenwerken, stimuleert de gemeente Barneveld vernieuwing en groei. Dit vraagt om gerichte investeringen en ondersteuning vanuit de gemeente.

 

1.3. Nu is het moment
 

De geschetste perspectieven sterken ons in onze visie om de inhoudelijke lijn van verantwoord groeien vanuit de Kadernota 2025-2028 vast te houden en door te zetten op weg naar een nieuwe bestuursperiode. De groei van de gemeente Barneveld brengt met zich mee dat nu het moment is om te plannen voor de toekomst (ook financieel). Uitstel kan leiden tot knelpunten in woningbouw, infrastructuur en voorzieningen. Bovendien biedt investeren in de toekomst economische voordelen en draagt het tegelijk ook bij aan het versterken van de sociale structuur en lokale eigenheid. De gemeente Barneveld staat op een kruispunt:

  • door nu te investeren in de behoeften van haar inwoners, organisaties en ondernemers;
  • door nu keuzes te maken die de groei en maatschappelijke opgaven verantwoord en duurzaam begeleiden.

 

2. Actualisering van de Kadernota:
 

2.1. Aanloop naar de actualisering

 
Kadernota 2025-2028

Op 10 juli 2024 is de Kadernota 2025-2028 vastgesteld door de gemeenteraad met daarin een ombuigingsopgave van in totaal structureel € 9 miljoen. Deze opgave is als volgt onderverdeeld:

  • Via de dekkingspakketten ‘Basis’ en ‘Basis plus’ (€ 4-5 miljoen) wordt een sluitende (meer)jarenbegroting bereikt. Om zo de ‘Basis op orde’ te houden;
  • Daarnaast is ter ondersteuning van een verantwoorde groei van de gemeente Barneveld besloten tot een “Aanvullend pakket” van ombuigingsmaatregelen aan de hand van 9 globaal beschreven scenario’s (€ 5 miljoen). 
       

Voor het uitwerken van het “Aanvullend pakket” geldt een bedrag van € 5 miljoen euro structureel als taakstellend uitgangspunt. Met daarbinnen het onderscheid in: 

  • € 3 miljoen euro besparen aan de kostenkant (gemeentelijke uitgaven) van de begroting (7 scenario’s);
  • € 2 miljoen euro verhogen van de gemeentelijke inkomsten (2 scenario’s).
     

Stand van zaken ombuigingen:

  • Eerst zijn besparingen doorgevoerd op de eigen organisatorische uitgaven. Vervolgens is uitvoering gegeven aan de dekkingspakketten ‘Basis’ (verder realistisch begroten (€ 2-2,5 miljoen) en ‘Basis plus’ ('laaghangend fruit' met o.a. kostendekkendheid leges, beperken inhuur en verlengen afschrijvingstermijnen waar dat verantwoord is (€ 2 miljoen). Daarmee is het mogelijk gebleken om verder te investeren in het 'op orde houden van de basis'. Ten behoeve van bijvoorbeeld het versterken van onze realisatiekracht als gemeente, de verbetering van de dienstverlening en het bieden van voldoende veiligheid voor onze inwoners. Ook de investeringen vanuit het MIP gericht op instandhouding en vervanging horen daarbij, als ook het mogelijk maken van bepaalde onontkoombare beleidstoevoegingen en autonome ontwikkelingen. Zo is er voor de korte termijn al veel bereikt;
  • Er is echter meer nodig, met name voor de lange(re) termijn. Daarvoor is de realisatie van het Aanvullend pakket met ombuigingen afgesproken. We hebben hiervoor op participatieve wijze met de samenleving het afgelopen half jaar een ombuigingstraject doorlopen. Met als resultaat dat wij u in het vroege voorjaar - naast de voorgestelde inkomstenverhogingen - een besparingspakket hebben voorgelegd van € 3,5 miljoen. Gefaseerd te bereiken vanaf 2026 en oplopend naar 2029. In april van dit jaar is dit pakket met u besproken en heeft u ons uw wensen en bedenkingen meegegeven ten behoeve van het definitief voor te leggen besparingspakket in deze Kadernota.


2.2. Financieel perspectief en keuzes

 

Vanuit deze context zijn wij begonnen aan het opstellen van de Kadernota 2026 - 2029. Ondanks het evenwichtige uitgangspunt van de Kadernota 2025-2028, waarin het verwachte financiële ravijn voor 2026 al was gedempt, zagen we begin dit jaar een aantal zaken naar voren komen:

  • forse indexeringen, waardoor de autonome ontwikkelingen aanzienlijk zijn (met name in het sociaal domein);
  • noodzaak tot het doen van diverse beleidstoevoegingen;
  • aanzienlijk stijgende investeringen in de fysieke leefomgeving, mede als gevolg van verkregen inzicht (meer en beter) in de langere termijn kostenontwikkelingen.

 

Die alleen al leiden tot een uitdaging om het financieel meerjarenperspectief sluitend te krijgen. De Voorjaarsnota 2025 van het Kabinet heeft daar enige (meest tijdelijke) verlichting in gebracht. Het financieel meerjarenperspectief toont vanaf 2026 een structureel overschot van € 3 miljoen vanaf 2026 aflopend (€ 2,8 miljoen in 2027, € 1,8 miljoen in 2028) naar circa € 0,5 miljoen in 2029. Dat biedt ruimte om keuzes te maken. Om bijvoorbeeld niet vast te houden aan de eerder ingezette ombuigingen, die ontegenzeggelijk een forse impact hebben op de samenleving.
Toch houden wij daar – hoe moeilijk ook – wel aan vast vanwege de volgende redenen, die wij verderop nader uitwerken:

  • Allereerst, vanaf 2029 is er sprake van een behoorlijk lager positief saldo. Het 'ravijnjaar' 2026 is weliswaar afgevlakt, maar is niet weg. Feitelijk zien wij een verschuiving van het zogeheten ‘ravijnjaar’ naar 2029. De Rijksbijdragen blijven onzeker. Wij waarschuwen voor al te veel optimisme. Het financiële vraagstuk met betrekking tot de Rijksbekostiging is nog geenszins opgelost. Nog te weinig compensatie, zeker als de forse kostenstijgingen van de afgelopen tijd in ogenschouw worden genomen. Die zullen zeker nog verder toenemen.
  • Daar komt bij dat er veel opgaven voor ons liggen. In onze gemeente komen alle grote opgaven samen en is er veel te doen. En daarmee ook veel positieve ontwikkelkansen. Tegelijkertijd hangen daar veel extra uitgaven mee samen. Alleen al in het MIP, waaronder de Onderwijshuisvesting, zijn het volume en daarmee ook de kosten aanzienlijk gestegen. De toenemende complexiteit van de opgaven, de noodzaak tot het doen van gerichte beleidsimpulsen en het belang van extra structurele investeringsruimte sterkt ons in de overtuiging om vast te houden aan de eerder ingeslagen weg.
  • Financieel staan we er goed voor, maar voor de langere termijn kunnen we ons zeker niet rijk rekenen. De groei, het op peil houden van ons voorzieningenniveau en de aanpak van grote maatschappelijke opgaven zullen sowieso een nog groter beroep gaan doen op onze financiële mogelijkheden. De hierboven gepresenteerde financiële ruimte op de korte termijn is daarbij extra nodig om ons daar nog beter op voor te bereiden.

 

2.3. Bouwstenen bij de actualisering
 

  • Voorjaarsnota 2025 Kabinet: inkomsten van het Rijk voor gemeentelijke taken de komende jaren;
  • Actualisatie van inkomsten en uitgaven naar aanleiding van de Eerste Tussenrapportage 2025 op de Programmabegroting 2025;
  • Actualisatie als gevolg van de autonome ontwikkelingen en benodigde beleidstoevoegingen;
  • Actualisering van het Meerjaren Investeringsplan (MIP) met Uitvoeringsplan;
  • Aanvullend ombuigingspakket t.b.v. verantwoord groeien;
  • Stand van zaken Hervormingsagenda Jeugd (in relatie tot Voorjaarsnota Kabinet);
  • Uitkomsten Jaarverslaggeving 2024;
  • Uitkomsten naar aanleiding van de geactualiseerde Nota Reserves en Voorzieningen.
     

2.4. Verdere verwerking
 

2.4.1.  Voorjaarsnota kabinet 2025

Lang was het onzeker of er vanuit het Rijk extra middelen zouden komen ten behoeve van de Hervormingsagenda Jeugd alsmede extra middelen voor gemeenten voor extra taken en ter verzachting van de eerder aangekondigde teruggang van de Algemene uitkering (het zogenaamde 'ravijnjaar' 2026). Eind april 2025 werden de uitkomsten van de Voorjaarsnota van het Kabinet bekend met daarbij voor
gemeenten

  • een beperkte verzachting van de korting Algemene uitkering vanaf 2026. Voor de gemeente Barneveld betekent dit ca. € 1,5 miljoen extra structurele inkomsten;
  • en extra middelen in het kader van de Hervormingsagenda Jeugd en ter compensatie van tekorten uit het verleden.

 

Er komen weliswaar structurele middelen bij (€ 1,5 miljoen gemeente Barneveld) maar het merendeel van de geboden compensatie is voor 2026 en 2027, waarmee in 2028 wederom een tekort op het onderwerp “Jeugd” dreigt. Het totale structurele effect van de Voorjaarsnota Kabinet bedraagt ca € 3 miljoen in de periode 2026-2029. Een begin weliswaar, maar het vraagstuk van voldoende Rijksbekostiging - zoals eerder al gezegd -  is nog zeker niet opgelost. Er zijn vraagstukken naar voren geschoven. 
 

2.4.2.  Actualisatie n.a.v. de Eerste Tussenrapportage 2025

De Eerste Tussenrapportage 2025 wordt separaat door uw raad vastgesteld. We zien nu een tendens van stijgende kosten opzichte van de Programmabegroting 2025 (€ 2,2 miljoen) met name geconstateerd na vaststelling begroting. Hiervan werkt € 1,7 miljoen structureel door in het meerjarenperspectief vanaf 2026.

 

2.4.3.  Actualisatie van de Autonome (financiële) ontwikkelingen
 

Dit heeft met name betrekking op ontwikkelingen m.b.t. loon- en prijsontwikkelingen en volume (€ 4,8 miljoen, waarvan € 0,2 miljoen incidenteel). Te denken valt onder andere aan de indexatie van uitgaven Jeugdhulp, salariskosten CAO-gemeenten, indexaties bijdragen gemeenschappelijke regelingen en indexatie subsidies.

 

2.4.4.  Beleidstoevoegingen

Om de gecompliceerde opgaven goed het hoofd te kunnen bieden zijn er op diverse plaatsen in 2026 beleidstoevoegingen nodig (€ 2,8 miljoen, waarvan 
€ 1 miljoen incidenteel). Dan gaat het om:

  • Onvermijdelijke beleidstoevoegingen passend in eerder ingezet beleid;
  • Eerder door uw raad vastgestelde beleidskeuzes met betrekking tot bijvoorbeeld de uitbreiding van Boa-capaciteit, extra middelen t.b.v. programma Bestaanszekerheid en middelen ten behoeve van de Uitvoeringsagenda Cultuurvisie;
  • Investeringen in de organisatie zelf, zoals in ICT en informatieveiligheid. Het gaat om een organisatie die klaar is voor de toekomst, waarbij alleen de hoogstnoodzakelijke onderdelen zijn opgenomen.


Wij merken hierbij op dat niet alle beleidstoevoegingen een structureel karakter hebben. Een deel daarvan dekken wij namelijk met behulp van incidentele middelen om zo gericht een tijdelijke impuls te kunnen geven. Ook zijn er beleidstoevoegingen, die wij eerst met incidentele middelen dekken, waarbij het uitgangspunt is dat die op termijn structureel binnen de begrotingsruimte kunnen worden opgevangen. Dat doen we door te sturen op organisatiekosten en het hanteren van strategische personeelsplanning. De beleidstoevoegingen worden bij de programma’s in deze kadernota verder toegelicht.

 

2.4.5.  Meerjaren Investeringsplan (MIP) 2026-2029

Er is meer jaren vooruit gekeken. Het volume van de investeringen neemt toe. Ook is er steeds meer inzicht gekomen op de meerjarige beheerplannen en huisvestingsplan. Met name met betrekking tot de onderwijshuisvesting (IHP), eerder door uw raad vastgesteld. Zo goed mogelijk is er gekeken naar (de spreiding van) de kosten met inachtneming van eerder gemaakte bestuurlijke afspraken (bij onder meer Onderwijshuisvesting) en van de zorgplicht (o.a. Wegen en Riolering). Gerichte scenariokeuzes zijn gemaakt ten aanzien van Wegen en Riolering, die wij u voorleggen ter vaststelling. Alles bij elkaar opgeteld en afgewogen leidt dit uiteindelijk in de begroting wel tot een structurele verhoging van het benodigde plafondbedrag vanaf 2026 (€ 24,5 miljoen per jaar, was € 15 miljoen per jaar) voor categorie II van het MIP (instandhouding/beheerplannen). We beseffen ons dat dit een aanzienlijk hoger bedrag is dan vorig jaar. Zeker ook bezien in relatie tot de voorgestelde ombuigingen. Tegelijkertijd leidt uitvoering van het MIP tot een breed 
pakket aan essentiële investeringen ten dienste van de samenleving. 
 

2.4.6.  Hervormingsagenda Jeugd

Voor ‘Jeugd' komen er weliswaar structurele middelen bij (€ 1,5 miljoen voor de gemeente Barneveld), maar het merendeel van de geboden compensatie is voor 2026 en 2027, waarmee in 2028 er wederom een tekort op het onderwerp ‘Jeugd' dreigt.

 

2.4.7.  Aanvullend ombuigingspakket t.b.v. Verantwoord groeien

 

  • Over de inkomstenverhoging heeft nog geen definitieve besluitvorming plaatsgevonden. Door uw raad is besloten om vooralsnog voor één jaar (2025) de OZB te verhogen met 2,5 % (bovenop de reguliere indexering). De eerder voorgestelde verhoging van de OZB met 2,5% (bovenop de reguliere indexering) voor de jaren 2026 tot en met 2028 vergt een apart besluit, te nemen bij deze Kadernota.
  • Over het besparingspakket op de gemeentelijke uitgaven vanaf 2026 heeft de gemeenteraad haar wensen en bedenkingen gegeven door een aantal amendementen aan te nemen. Deze hebben wij als volgt verwerkt:
    • De besparingsmaatregelen (genummerd 5, 6, 21, 43, 64 en 69) zijn n.a.v. de aangenomen amendementen geschrapt. Een complete opsomming op deze plaats voert te ver, daarvoor verwijzen wij u naar pagina 7 van "Lijst met besparingsmaatregelen 2026-2029";
    • Besparingsmaatregel 18 (verhogen parkeeropbrengsten) is n.a.v. het aangenomen amendement 25-39 inhoudelijk gewijzigd. Om niet over te gaan tot het uitbreiden van betaald parkeren in de kern Barneveld.
    • Naar aanleiding van een toezegging over de invulling van besparingsmaatregel 3a (bezuinigen op subsidies) is de besparing inhoudelijk gewijzigd en het besparingsbedrag in 2026 met € 40.000 verlaagd door een concrete invulling op te nemen (zie bijlage "Lijst met besparingsmaatregelen 2026-2029") en daarbij een procesvoorstel te doen voor de jaren vanaf 2027;
    • Het totale besparingspakket komt daarmee op structureel € 3,4 miljoen, te bereiken in de periode 2026-2029;
    • De bijlage "Lijst met besparingsmaatregelen 2026-2029" heeft u als separate bijlage ontvangen bij de Kadernota 2026-2029 en maakt onderdeel uit van de beslispunten van deze Kadernota waarover u besluit.
  • In de Kadernota 2025-2028 zijn de investeringen en beleidsimpulsen in het kader van Verantwoord groeien nader benoemd. In deze Kadernota 2026-2029 doen wij u het voorstel om alvast een deel van de middelen in het kader van verantwoord groeien in te zetten. Enerzijds ten behoeve van het meerjarig dekken van de extra kosten als gevolg van de door de raad vastgestelde IHP Onderwijshuisvesting. Anderzijds in het kader van de beleidsimpulsen met betrekking tot de Uitvoeringsagenda Cultuurvisie en het Programma Bestaanszekerheid. Verdere voorstellen (o.a. het Bomenbeleidsplan, Landschapsplan) met betrekking tot de inzet van de middelen in het kader van verantwoorde groei volgen op een later moment.

 

2.4.8.  Uitkomsten Jaarverslaggeving 2024 gemeente Barneveld
 

Gelijktijdig met de Kadernota 2026-2029 wordt door u ook de Jaarverslaggeving 2024 vastgesteld. Er is sprake van een positief resultaat van € 16 miljoen met het voorstel om daarvan (na budget overhevelingen) € 13 miljoen toe te voegen aan de bestemmingsreserve ‘Verantwoord groeien’.

 

2.4.9.  Uitkomsten actualisatie Nota Reserves en Voorzieningen

Uit de Jaarverslaggeving 2024 volgt een beschikbare weerstandsratio van 1,46. Door een vrijval van € 33,9 miljoen in 2025 als gevolg van de herijking reserves en voorzieningen stijgt de weerstandsratio naar 2,68. Dit is boven de maximale streefwaarde van 2,0. Daarom stellen we voor om € 18,8 miljoen uit de algemene reserve te storten in de reserve ‘Verantwoord groeien’, waarmee de beschikbare weerstandsratio op 2,0 uitkomt.

 

3. Keuzes

 

3.1. Onze afweging
 

De extra middelen vanuit de Voorjaarsnota Kabinet 2025 hebben het perspectief zodanig positief beïnvloed, dat je de vraag kunt stellen of het Aanvullend ombuigingspakket (inkomsten verhoging en besparingspakket) t.b.v. ‘Verantwoord groeien’ nog wel opportuun is. Wij begrijpen deze vraag -zoals eerder gezegd – heel goed. Zeker in een situatie waarin we via het besparingspakket de komende vier jaar veel zullen vragen van de samenleving. Kunnen we dat uitleggen? Hoe leggen we dat dan uit? Die vragen hebben wij onszelf nadrukkelijk gesteld en gaan hierna op in.
 

3.2. Meer inzicht 
 

Financieel staat de gemeente Barneveld er goed voor. Voor de langere termijn kunnen we ons echter zeker niet rijk rekenen. De groei, het op peil houden van ons voorzieningenniveau en de aanpak van grote maatschappelijke opgaven gaan een nog een groter beroep gaan doen op onze financiële mogelijkheden.
De gepresenteerde financiële ruimte op de korte termijn biedt ons extra kansen om ons daar nog beter op voor te bereiden. De gemeente Barneveld is weliswaar financieel krachtig en de effecten van de Voorjaarsnota Kabinet 2025 helpen ons, maar meer is nodig.

Er is meer inzicht gekregen in onze beheeropgaven, in onze investeringsopgaven en in onze organisatorische opgaven. We hebben beter in beeld wat er allemaal op ons af komt en wat wanneer moet gebeuren. Dat heeft ook te maken met het feit dat we van een meer “hier en nu” georiënteerde organisatie met uw steun de omslag hebben gemaakt naar een meer strategische en extern gerichte organisatie.

Het accent is veel meer komen te liggen op een lange termijn planning met duidelijke prioriteiten en uitvoeringsplannen, die inspelen op de economische, sociale en ruimtelijke uitdagingen van de gestage groei. Goed voorbeeld is de volume-ontwikkeling van het MIP. Ook noemen we de dit jaar nog vast te stellen Omgevingsvisie 2040 en het nieuwe beleidskader Sociaal Domein. Die helpen ons bij het verder aanpakken van de complexe maatschappelijke opgaven.
 

3.3. Meer grip
 

Meer inzicht betekent ook meer grip op de middellange en lange termijn. Ook heeft het ons in zekere zin met de neus op de feiten gedrukt. Van de opgaven die almaar groter zijn geworden, zowel in aantal als ook in complexiteit.  
Bij het Meerjaren Investeringsplan is dat goed zichtbaar geworden. Zo zien we ons genoodzaakt u voor te stellen:

  • om vanaf 2026 het structurele financiële plafond te verhogen als het gaat om de categorie II investeringen met betrekking tot vervanging en instandhouding.
  • de investeringen binnen het MIP met betrekking tot de groei (nieuwe majeure investeringen) te laten lopen via de middelen in het kader van ‘Verantwoord groeien’. Daarbij zijn de middelen voor onderwijshuisvesting nu meerjarig goed in beeld en ondergebracht in het MIP (zowel onder categorie II als ook onder Groei).


Bij dit alles weten we nu al dat er in de nabije toekomst nog meer van dit soort uitdagingen op de gemeente afkomen. We noemen bijvoorbeeld de te actualiseren plannen voor het maatschappelijk vastgoed, met daaronder de sportvoorzieningen en andere gemeenschapsvoorzieningen. Ook is uitvoering van de Hervormingsagenda Jeugd een buitengewoon uitdagend traject.

 

3.4. ‘Zeilen bij zetten’

Met dit in ons achterhoofd en het feit dat het financiële vraagstuk van de Rijksbekostiging nog allerminst is opgelost, kijken wij niet weg, maar houden wij juist vast aan de eerder ingeslagen weg voor de lange termijn. Daarvoor is en blijft het nodig om vanaf 2026 via ombuigingen financiële ruimte vrij te maken voor de daaraan verbonden investeringen en beleidsimpulsen.
Het is zeker verleidelijk om te kijken naar de korte termijn van 4 jaar, maar daarmee zetten we onszelf als gemeente klem gelet op de toenemende opgaven en daaraan verbonden kosten. We zullen alle zeilen bij moeten zetten voor het goed begeleiden van een verantwoorde groei van onze gemeente. Door voor de komende jaren structurele financiële middelen vrij te maken binnen de begroting. Daarvoor is vorig jaar door uw raad ook de reserve ‘Verantwoord groeien’ ingesteld. 
Die reserve is nog niet voldoende gevuld. Verdere stappen zijn de komende tijd nodig. Die kunnen we ook zetten, omdat we constateren dat de algemene reserve voldoende is evenals de ratio van het benodigde weerstandsvermogen. Dat maakt het mogelijk om u voor te stellen extra middelen apart te zetten in de bestemmingsreserve ‘Verantwoord groeien’. Onder andere bedoeld voor investeringen zoals de oostelijke rondweg, onderwijshuisvesting e.d. We doen dit als volgt:

  • door vanuit het rekeningresultaat 2024 een bij de Jaarverslaggeving 2024 te bestemmen bedrag van € 13 miljoen te storten in de bestemmingsreserve ‘verantwoord groeien’;
  • door € 18,8 miljoen uit de algemene reserve te storten in de bestemmingsreserve ‘verantwoord groeien’ n.a.v. de Nota reserves en voorzieningen, waarbij de weerstandsratio van de algemene reserve op het afgesproken peil blijft.
     

Tenslotte, we willen onze sterke financiële positie consolideren en daarbij minder afhankelijk zijn van de grillige Rijksbekostiging. Uitgaan van eigen kracht dus. Om dat te bereiken, zien wij verdere strategische lijnen om naar de toekomst te kunnen inzetten. Lijnen, zoals wij die richting uw raad al eerder verwoorden in het raadsvoorstel met betrekking tot besparingsmaatregelen (april 2025). Dan gaat het om:

  • Innovatief & Anders werken (strakke sturing op organisatiekosten);
  • Meer zelf & samen, minder gemeente (effectiviteit van beleid verbeteren en afstemmen op de kerntaken);
  • Sturen op de lange termijn, gezond en toekomstbestendig, met name bij de actualisaties van gemeentelijk beleid de komende jaren

 

3.5.  Keuzes
 

Op basis van onze overwegingen leggen wij u de volgende keuzes voor:

  • De mutaties als gevolg van de Voorjaarsnota Kabinet 2025 zijn – vooruitlopend op de nog te verschijnen Meicirculaire 2025 – te verwerken in het Meerjarenperspectief. Daarbij met name met betrekking tot de Hervormingsagenda Jeugd behoedzaam te werk te gaan;
  • Verwerking van de effecten van de Eerste Tussenrapportage 2025 op de Programmabegroting 2025;
  • Opnemen van beleidstoevoegingen conform bijlage en verder toegelicht bij de programmaprioriteiten;
  • Het vaststellen van het MIP 2026-2029 met daarin de voorgestelde ambitieniveaus en een verhoogd financieel plafond van € 24,8 miljoen per jaar vanaf 2026 voor categorie II (instandhouding/beheerplannen) MIP;
  • Naast de eerder vastgestelde dekkingspakketten ‘basis’ en ‘basis plus’ t.b.v. de basis op orde nu het Aanvullend ombuigingspakket t.b.v. Verantwoord groeien vast te stellen:
    • € 2 miljoen structureel via inkomstenverhogende maatregelen, waaronder de verhoging per jaar van de OZB met 2,5% (bovenop de reguliere indexering) voor de jaren 2026-2028;
    • € 3,4 miljoen structureel te besparen op de gemeentelijke uitgaven via een voorgesteld besparingspakket (zie bijlage) waarbij de wensen en bedenkingen van de raad (raadsvergadering 17 april 2025) integraal zijn doorgevoerd.
  • Storting reserve Verantwoord groeien n.a.v. Nota reserves en voorzieningen: vanwege de ontwikkeling van de algemene reserve € 18,8 miljoen te storten in de reserve verantwoord groeien.
     

Deze keuzes hebben wij opgenomen in het uiteindelijke totale besluit (zie hoofdstuk ‘Inleiding, uitgangspunten en keuzes’) dat wij u voorleggen. Daarmee stelt u dan de Kadernota 2026-2029 vast.

 

4. Financieel Meerjarenperspectief 2026-2029


Wanneer we de voorgestelde keuzes overnemen in het Financieel meerjarenoverzicht voor de gemeente Barneveld, dan ziet dat er - en nu meer in detail - voor de jaren 2026-2029 als volgt uit:

 

  bedragen x € 1.000
Prognose meerjarenbegroting Begroting
2026
MJR
2027
MJR
2028
MJR
2029
         
Begrotingsresultaat Programmabegroting 2025 - 1.482 - 494 - 936 - 936
         
Raadsbesluiten        
Septembercirculaire 2024 767 1.806 2.253 2.253
Effecten BUIG (bij memo Sept. Circulaire '24) - 387 - 387 - 387 - 387
1e Tussenrapportage 2025 (incl. Decembercirculaire 2024) - 1.701 - 1.507 - 1.090 - 931
Totaal mutaties raadsbesluiten - 1.320 - 87 777 936
         
Pognose begrotingsresultaat na raadsbesluiten - 2.802 - 582 - 159 - 0
         
Kadernota        
Mutaties lasten         
1. Autonome ontwikkelingen 2026 e.v. - 4.808 - 4.698 - 4.558 - 4.728
2a. MIP - gedekt uit leges (riool, afval en begraven) - - 574 - 1.228 - 1.870
2b. MIP - instandhouding / beheerplannen 520 - 390 - 1.398 - 2.467
2c. MIP - IHP Onderwijs - 57 - 740 - 1.627 - 2.319
2d. MIP - majeure investeringen (vastgoed)   - 213 - 470 - 651
2e. MIP - stelpost afschrijvingstermijnen verlengen   50 300 400
3. Vrijval stelpost areaaluitbreiding 435 435 435 435
4. Stelpost areaaluitbreiding jaarschijf 2029       - 1.353
5. Beleidstoevoegingen - 2.775 - 2.134 - 1.574 - 1.644
6. Ombuigingen lasten ten gunste van Verantwoord groeien 962 2.043 2.660 3.124
         
Totaal mutaties lasten autonoom en areaal - 5.723 - 6.221 - 7.460 - 11.073
         
Mutaties baten autonoom en areaal        
7a. Algemene uitkering - indexatie jaarschijf 2025 en 2026 3.999 3.973 3.947 3.913
7b. Algemene uitkering - volume jaarschijf 2029       1.353
7c. Algemene uitkering - stelpost teruggave BCF  1.000 1.000 1.000 1.000
7d. Algemene uitkering - voorjaarsnota Rijk 3.053 3.084 3.022 3.094
8. Lokale heffingen (inflatie) 714 714 714 714
9a. Index leges ter dekking kapitaallasten MIP riool, afval en begraven   119 281 406
9b. Extra verhoging leges riool en afval ter dekking kapitaallasten MIP riool en afval   455 947 1.464
10. Ombuigingen baten ten gunste van Verantwoord groeien 173 210 215 265
         
Totaal mutaties baten autonoom en areaal 8.939 9.555 10.126 12.209
         
Mutaties reserves         
Saldo ombuigingen Verantwoord groeien - mutatie storting in reserve - 1.135 - 2.253 - 2.875 - 3.389
Verlaging storting reserve Verantwoord groeien: Inzet Verantwoord groeien 548 1.119 1.986 2.353
         
Totaal mutaties reserves - 587 - 1.134 - 889 - 1.036
         
Totaal mutaties Kadernota 2026 2.630 2.201 1.778 101
         
Prognose begrotingsresultaat na mutaties kadernota - 173 1.619 1.619 101
         
Totaal incidenteel - 3.149 - 1.198 - 136 - 376
         
Prognose structureel begrotingsresultaat na mutatie Kadernota  2.976 2.817 1.755 477

 

Verdere toelichting op de cijfers en inhoud treft u aan in de navolgende hoofdstukken. Voor nu de constatering dat er sprake is van een structureel sluitend financieel meerjarenperspectief met een positief saldo van bijna 3 miljoen in 2026 aflopend naar uiteindelijk 0,5 miljoen in 2029. Het positieve saldo voor de jaren 2026 en 2027 wordt onder meer veroorzaakt door bepaalde activiteiten tijdelijk en met behulp van incidentele middelen te doen. Dit sluit aan bij onze werkwijze om op onderdelen kortdurende impulsen te geven, waarna deze moeten worden “geadopteerd” binnen de organisatie in beleid.

 

5. Slot

 

We begonnen deze Aanbieding met de kernwaarden ‘ondernemend, betrouwbaar en zorgzaam’. Waarden die zo goed passen bij de gemeente Barneveld,
- waarin de ondernemingszin en innovatie groot is;

- waarin de nadruk ligt op transparantie, samenwerken en verbonden zijn;

- waarin gemeenschapszin en omzien naar elkaar de boventoon voeren.

 

Die motiveren ons om door te gaan op de ingeslagen weg van verantwoorde groei. Nodig voor de lange termijn. Daarvoor is het nodig om nu besparingen te doen. We beseffen ons terdege de impact van de voorgestelde besparingsmaatregelen op onze samenleving. We zullen dat uitvoeren in zo goed mogelijk overleg en met oog voor zorgvuldige fasering van de maatregelen.
Tegelijkertijd krijgen inwoners, verenigingen en maatschappelijke organisaties en ondernemers – bezien vanuit hun eigen perspectieven op groei -  er ook veel voor terug. Zo worden er de komende vier jaar substantiële investeringen gedaan in de samenleving. Naast alle inspanningen voor dienstverlening, wonen en economie bestemmen we onder andere € 200 miljoen voor het sociaal domein en investeren we € 33 miljoen in onderwijs, € 39 miljoen in riolering/afvalverwerking/begraven, € 92 miljoen in de fysieke leefomgeving (waaronder wegen) en € 16 miljoen t.b.v. het vastgoed. Bij de beleidsprioriteiten per begrotingsprogramma lichten wij dit verder toe. 

Samen met de gemeenteraad, onze inwoners, organisaties en ondernemers bouwen we verder aan een financieel gezonde en toekomstbestendige gemeente Barneveld.

 

 

  • Concept Kadernota 2026-2029